Symptomen ziekte van Lyme

De ziekte van Lyme, ook wel bekend als Borreliose, is een ziekte die het zenuwstelsel aan kan tasten en kan leiden tot ernstige neurologische klachten en huidaandoeningen.

De ziekte van Lyme wordt veroorzaakt door de Borreliose burgdorferi bacterie die voornamelijk door besmette teken wordt overgedragen op de mens. Teken zijn kleine insecten die in struikgewassen en bossen leven, maar ook in uw eigen achtertuin. Door middel van een beet door de teek kan de bacterie doorgegeven worden.

Symptomen infectie Borrelia bacterie

Bij een infectie met de Borrelia bacterie zijn er diverse symptomen die kunnen optreden. Bij een recente besmetting kunnen de volgende symptomen optreden:

• Erythma migrans (een rondvormige cirkel): een rode plek die geleidelijk groter wordt en vaak centraal verbleekt. Deze cirkel kan 3 tot 10 dagen of zelfs enkele weken/maanden later ontstaan in de regio waar gebeten is. Echter in minder dan 50% van de gevallen ontstaat er daadwerkelijk een rode ronde cirkel.
• Griepachtige klachten zoals koorts, hoofdpijn, stijve nek en vermoeidheid. Deze klachten kunnen weer verdwijnen.

Naarmate de besmetting vordert verspreidt de bacterie zich door het lichaam waardoor diverse symptomen van Lyme kunnen ontstaan:

• Neurologische klachten (zenuwstelsel / hersenen).
• Dermatologische klachten (huid).
• Reumatologische klachten (spieren en gewrichten).
• Cardiologische klachten (hart).
• Opthalmologische klachten (ogen).
• Psychiatrische klachten.

3 stadia ziekte van Lyme

Ruwweg kunnen de ziekte van Lyme symptomen in 3 stadia verdeeld worden.

1. Stadium 1: lokale infectie op de beetplek die meestal begint met een rood plekje dat zich in de loop van dagen/weken uitspreidt tot een ronde/ovale rode plek met een centrale verbleking. De plek is meestal pijnloos, jeukt niet en is niet verheven (behalve soms aan de randen).
2. Stadium 2: de bacterie verspreid zich via de bloedbaan door het hele lichaam. De meeste ziekteverschijnselen ontstaan in het zenuwstelsel, gewrichten en/of hart.
3. Stadium 3: chronische Lyme. Bij een ziekteduur van meer dan een jaar wordt over chronische Lyme gesproken. De verschijnselen kunnen gepaard gaan met symptoomvrije periodes waarna klachten weer terugkomen of verergeren. De symptomen kunnen van orgaansysteem wisselen.

Latere symptomen

Veel (latere) symptomen van Lyme zijn algemene klachten waardoor de diagnose ziekte van Lyme vaak moeilijk te stellen is. Hoe langer iemand de ziekte van Lyme heeft hoe moeilijker het is om de diagnose vast te stellen.

Er is een checklist met algemene klachten die op Lyme kunnen duiden. Welke symptomen verschijnen, verschilt per persoon:

1. Uitslag of andere huidafwijkingen ter plaatse van de tekenbeet (zoals een EM).
2. Huiduitslag op andere plaatsen.
3. Haaruitval.
4. Onverklaarbare temperatuurverhoging, koorts.
5. Onverklaarbare koude rillingen.
6. Onverklaarbare transpiratie, nachtelijke zweetaanvallen.
7. Ernstige vermoeidheid (vgl CVS).
8. Frequente infecties (o.a. sinusitis, luchtweginfecties).
9. Klierzwelling (hals, oksels, liezen).
10. Pijnlijke keel.
11. Kortademigheid, hoesten.
12. Toegenomen intolerantie voor alcohol, kater.
13. Maagklachten, buikpijn.
14. Verlies van eetlust.
15. Veranderde stoelgang (obstipatie, diarree).
16. Onverklaarbare gewichtsverandering > 3 kg.
17. Hartkloppingen, overslaan van het hart.
18. Pijn in de borstkas, ribben.
19. Pijn en/ of zwelling in gewrichten.
20. Pijn in (aanhechting van) spieren en pezen (vgl fibromyalgie).
21. Stijfheid in de nek, kraken van de nek.
22. Stijfheid van gewrichten en/of rug.
23. Hoofdpijn.
24. Tintelingen, dove plekken, plaatselijk branderige of stekende pijn.
25. Spiertrekkingen in het gezicht of elders.
26. Spierkrampen, restless legs.
27. Onverklaarbaar trillen of schokken.
28. Halfzijdige gezichtsverlamming (Bell’se parese).
29. Zwelling rond de ogen.
30. Dubbelzien, tunnel zien, moeite met scherp zien.
31. Overgevoeligheid voor licht.
32. Pijn of jeuk in oren.
33. Oorsuizen, zoemen of fluiten.
34. Overgevoeligheid voor geluiden.
35. Duizeligheid, evenwichtsstoornis, toegenomen reisziekte.
36. Licht in het hoofd, problemen met staan/ lopen.
37. Stemmingswisselingen, prikkelbaarheid, woede-uitbarstingen.
38. Somberheid en/of angstigheid, piekeren.
39. Problemen met slapen (te weinig, te veel), vermoeid wakker.
40. Verwardheid, moeite een gedachtespoor vast te houden.
41. Moeite met concentratie, nieuwe informatie begrijpen, begrijpend lezen.
42. Vergeetachtigheid, slecht korte-termijn geheugen.
43. Oriëntatie problemen (verdwalen, dingen kwijt raken).
44. Problemen met spreken (woorden vinden, verkeerde woorden zeggen, stotteren, slecht articuleren).
45. Geïrriteerde blaas, niet kunnen ophouden van urine of juist moeilijk kunnen plassen.
46. Seksuele functiestoornis, verminderde zin in seks.
47. Pijn in de onderbuik.
48. Alleen mannen: pijn in de zaadballen.
49. Alleen vrouwen: melkuitvloed uit de borst (galactorrhea).
50. Alleen vrouwen: onverklaarde onregelmatige menstruatie.